jueves, abril 13, 2006

11. Persona



Na vijftien jaar zoeken eindelijk Persona (1966) van Ingmar Bergman gezien. Zijn videotheken hadden nooit die Bergman, en de paar keer dat hij misschien in Amsterdam heeft gedraaid (zo heeft hij menig met name Italiaanse klassieker op het grote scherm gezien) lette hij niet op of kwam er iets anders tussen. De DVD ziet hij ook nooit liggen dus hakte hij eindelijk de knoop door en vond hij nog een goedkoop exemplaar via amazon.co.uk (liefhebbers houdt used & new in de gaten!)

Na zo’n lange tijd kan hij de film al bijna dromen maar moeten de stukken, de beelden die hij op een of andere manier (filmboeken?) al kent, in volgorde worden afgespeeld. Een minder depressieve film dan verwacht (gezien eerdere Bergmans die hij had gezien, vooral De Grote Stilte), inventief gefilmd (de ware kracht van DVD openbaart zich juist bij oude films waar nog geen digitale effecten afleiden en die er opeens herboren uitzien.) Doet hem erg denken aan Mullholland Drive maar zonder de lynchiaanse dwergen, albino cowboys en andersoortige gimmicks. Niet alleen vanwege de opbouw, de verwisseling van persoonlijkheden, details (gordijnen!) maar ook een zelfde soort horror (Bibi Andersson wordt tegen het einde heel ingetogen eng.)

Alweer is hij zeer tevreden over het narratief, dat precies is wat hij zoekt: dwaalsporen, doodlopende wegen, lagen, realiteiten, dromen, omslagpunten. Erg jaren zestig in de beste zin van de term. Niet alleen qua narratief maar ook het hele ongegeneerd populaire experimentalisme, de psychologisering, de filosofische uitdaging. Hij zal dat idee van de jaren zestig nooit verraden, de grensverlegging altijd beschermen tegen neoliberale kritiek, die giftige nihilistische middelmaat.