miércoles, abril 25, 2007

53. I’ve Seen That Face Before.

Een van de mooiste liedjes die hij kent. Maar los daarvan…terwijl hij vanmiddag zijn dochters op de fiets hijst ziet hij een vrouw voorbij fietsen en pas als hij wegfietst beseft hij dat zij weet dat hij weet dat ze elkaar kennen. Het laat hem daarna niet meer los omdat hij geen idee heeft wie ze is. Hij weet dat ze vroeger geen gitzwart haar had, hij weet dat ze hem op een of andere manier perfect begreep, dat hij zich bij haar op zijn gemak voelde, zonder lust, een in en in goed mens. Dat weet hij. En toch is de rest een blinde vlek, de context is verdwenen. Wat, als hij haar zo terughaalt in zijn gedachten, vreemd is. Zou zij immers niet een onvergetelijke persoon moeten zijn? Het is van een andere orde dat een vergeten titel, melodie of naam.

En dat vreet aan hem. Want wat zijn de opties? Waanzin. Zijn leven is een illusie en zij breekt er als uit een alternatieve realiteit, een parallel leven, doorheen. Een fijn gegeven voor in zijn favoriete sciencefiction verhalen (zie Philip K. Dicks beruchte visioenen voorafgaand aan Valis die veroorzaakt worden door het bezoek van een onbekend zwartharig meisje) maar hij weet dat zijn gedachten ordelijk en overzichtelijk zijn, ten minste tot een bepaalde horizon…en als het daarachter niet klopt dan maakt het toch allemaal niet uit.

Ouderdom. Zijn geheugen, voorheen betrouwbaar, begint hem in de steek te laten. Als laatste: verdringing. Dan nog blijft de vraag over: waarom verdringing? Het lijkt de sleutelvraag die hem in ieder geval een zekere plaatsing schenkt. Hij moet haar kortstondig hebben gekend in een hectische periode waar hij in zijn algemeenheid niet graag meer aan terugdenkt. En toch blijft het een hypothese, brengt het haar niet scherper in beeld. De alternatieve hypothese plaatst haar veel verder terug in de tijd, maar dat is pure speculatie. Hoogste tijd om het droomwerk in te zetten, want een even vreemde gewaarwording is dat hij al peinzende duidelijk de behoefte voelt om dit probleem, haar gezicht (dat nu alweer vervaagt), zijn geschiedenis: te googlen.

lunes, abril 09, 2007

52. Against The Day

Against The Day is uit. 1085 fenomenale pagina’s die hij zo weer zou willen lezen. Met gemak het beste boek dat hij heeft gelezen sinds Underworld, een magistraal boek-als-caleidoscoop dat krioelt met ideeën, grappen, verrassingen en wonderlijke zinnen. Maar, en dat is een altijd onderschatte kwaliteit van Pynchon-de-geniale-taalgoochelaar geweest, het is ook een uitermate ontroerend boek. Na een paar pagina’s is al duidelijk dat Against The Day een melancholische ervaring zal worden, dat de vrolijke explosie van vertrouwen die de Wereldtentoonstelling van Chicago genereert niet eeuwig zal duren. Twee soorten melancholie: een inhoudelijke, de situering in een fin de siècle/pre-WOI wereld vol mogelijkheden, alternatieven en mysterieën. Een meer structurele, de leeservaring van “de pil” die je eigenlijk niet wil uitlezen/altijd door wil laten gaan omdat je in die wereld bent gaan ademen, gehecht bent geraakt aan personages.



Er doen al veel interpretaties van de titel de ronde, die op allerlei manieren door Pynchon in de tekst worden uitgebuit maar het is ook als boek zelf against the day, als “tegen de tijdsgeest in”. Het voelt bijna als een artefact uit een voorbije tijd en tegelijkertijd het enige boek dat er toe doet, dat hem nog harder doet hoofdschudden als hij in kranten de hopeloze “concurrentie” bekijkt. Bovendien is het een directe toevoeging aan het sciencefictioncanon, al zal daar binnen het wereldje zelf ongetwijfeld anders over worden nagedacht (zelfs bij New Worlds waarin Pynchon in de jaren zestig het korte verhaal 'Entropy' publiceerde werd hij vol afgunst bekeken. En hoe verrassend dan om die altijd onvoorspelbare Michael Moorcock een juichende recensie te zien schrijven: "...and you wonder if you aren't reading the smartest stoner in the universe." Ha!)



Ondanks bovenstaande woorden, of de subtiliteit waarmee Pynchon bijvoorbeeld in een korte alinea het opkomende Italiaanse fascisme indirect en poëtisch en vanuit een individuele obsessie weet te omschrijven, is het niet eens een boek dat hij iedereen zal aanraden. De Pynchonistas, de stoners, de anarchisten, de bewoners van de Dagdroom Natie. Ja, die zijn ongetwijfeld al bezig. Against The Day is geen verplichting (altijd uitkijken wanneer je dat gevoel krijgt opgedrongen)…het moet jou uitzoeken. En dan dien je het met zoiets als een schoon hart, een blik zonder angst, te benaderen. Een langzame omhelzing van tekst zal je prijs zijn.

martes, abril 03, 2007

51. Schrijven is vet cool


Had wat hem betreft de titel mogen zijn van de interviewbundel Conversations With Don DeLillo (University Press of Mississippi.) Met name zijn eerste interview met een speciaal naar Griekenland afgereisde Tom LeClair uit 1982 (toen DeLillo al zes boeken had geschreven) zal hij menigmaal herlezen, gebruiken als een soort influistering van moed mocht hij de weg kwijt raken. Alles wat je nodig hebt als schrijver is er in terug te vinden. Meer is niet nodig, ketent je, vervreemd je.

“I think after a while a writer can begin to know himself through his language. He sees someone or something reflected back at him from these constructions. Over the years it’s possible for a writer to shape himself as a human being through the language he uses. I think written language, fiction, goes that deep.”

“Wittgenstein is the language of outer space, a very precise race of people.”

Een mooie uit een later interview:
“But when I think of my work out in the world, written and published, I like to imagine it’s being read by some stranger somewhere who doesn’t have anyone around him to talk to about books and writing—maybe a would-be writer, maybe a little lonely, who depends on a certain kind of writing to make him feel more comfortable in the world.”

En heel veel heel precieze observaties over zijn boeken waardoor hij zin krijgt om ze allemaal met hernieuwde blik te herlezen. In 1988 over Libra:
“It seems to me, finally, that what this book is about is history and dreams. Dreams meaning all those forces in our lives that are outside history.”